Sonneveld, Willem (1917-1974)

 
English | Nederlands

SONNEVELD, Willem (1917-1974)

Sonneveld, Willem (Wim), cabaretier en showman (Utrecht 28-6-1917 - Amsterdam 8-3-1974). Zoon van Gerrit Sonneveld, kruidenier, en Geertruida van den Berg.

afbeelding van Sonneveld, Willem

Wim Sonneveld groeide op in een bedrijvig kruideniersgezin met twee zusters en drie broers. Na de vroegtijdige dood van zijn artistiek niet onbegaafde moeder (hij was toen vijf jaar oud) werd zijn verdere opvoeding bepaald door een dominerende vader en zijn twee zorgzame zusters. Van september 1929 tot juli 1932 volgde hij de Dagschool voor handel en administratie te Utrecht. Daarna werkte hij als jongste bediende in een biscuitfabriek, vervolgens als kantoorbediende bij de GGD te Utrecht en ten slotte bij een uitgeverij tot begin 1936. De schokkende ontdekking van zijn homofiele geaardheid maakte hem - in de toenmalige maatschappij - tot een eenzame, onbegrepen figuur. En wellicht valt zijn drang om van jongs af aan 'toneel' te spelen daaruit mede te verklaren.

Ondertussen zocht hij in de periode van 1934 tot 1943 zijn eigen weg. Hij werd daarbij gesteund door zijn vriend, de ex-kloosterling Hubert Janssen, die hem in december 1934 had ontmoet en als ontdekker van Sonnevelds theatertalenten mag worden beschouwd en bovendien hem beïnvloed heeft tot zijn toetreding tot de RK kerk (1946). Sonnevelds loopbaan begon via diverse artistieke activiteiten: amateurcabaret, radio-uitzendingen, cabaretervaringen in Parijs, optredends bij Louis Davids (wiens administrateur hij van maart tot december 1936 was), medewerking aan het joodse emigrantencabaret De Prominenten, toneelrollen bij Cor van der Lugt Melsert en Ko Amoldi, kindertoneel bij Abraham van der Vies, revue- en variétéwerk (respectievelijk bij de Bouwmeester-revue en Frits Strengholt) en ten slotte - met Franse en Duitse voorbeelden als basis - een eigen experimenteel gezelschap, dat in 1943 een vaste vorm aannam in het Leidse-pleintheater als het Cabaret Wim Sonneveld, dat tot 1959 heeft bestaan met sinds 1953 het Nieuwe de la Mar theater als eigen theater.

Door de jaren heen wist hij als uiterst vakkundige producer-regisseur en talentenontdekker (bijv. van de later zo bekend geworden cabaretière en musicalster Conny Stuart) een hoog artistiek niveau te handhaven met steeds wisselende jonge en oudere collega's, nieuwe auteurs, zoals Hella Haasse, Annie M.G. Schmidt, Michel van der Plas, Guus Vleugel en Simon Carmiggelt, en nieuwe componisten zoals Harry Bannink en Ruud Bos. In 1948 werd zijn tweede vriend, de decor- en costuumont-werper Friso Wiegersma, bij de artistieke produktie betrokken. Hiermee vestigde Sonneveld opnieuw de aandacht op het grote belang dat hij altijd aan de uiterlijke, smaakvolle verzorging van zijn voorstellingen hechtte. In de latere kunstschilder Friso Wiegersma vond Wim Sonneveld een ideale medewerker, die bovendien van 1965 af regelmatig opmerkelijke teksten (zoals Het dorp, op muziek van Jean Ferrat) heeft bijgedragen voor zijn one-man-shows en in 1969 samen met hem de musical De kleine parade heeft geschreven naar het gelijknamige boek van Henriëtte van Eyk.

In 1952 werd de zo populair geworden Amsterdamse orgeldraaier 'Willem Parel' geboren (met teksten van Huub Janssen en Eli Asser). Niemand kon toen vermoeden dat deze komische cabaretfiguur langzaam maar zeker een andere wending zou geven aan de carrière van Wim Sonneveld, zijn schepper. Deze theatercreatie was de aanleiding tot het maken van een Parel-film in 1955, die overigens geen succes werd. Wel leidde deze filmrol naar Hollywood, waar hij in 1957 met Fred Astaire samenwerkte in Silk stockings.

Was Frankrijk eens de inspirerende bron voor zijn cabaretprestaties, Amerika was het land geworden dat zijn showverlangens aanwakkerde. Het gevolg was dat - na zestien jaar, waarin Conny Stuart hem trouw had bijgestaan - zijn cabaretensemble werd opgeheven. Een geheel nieuwe Sonneveld openbaarde zich toen hij met daverend succes de musical My Fair Lady, de internationaal succesrijke bewerking van Shaws stuk Pygmalion, in Nederland introduceerde en de rol van professor Higgins met groot gemak speelde en zong (1960-1963). Daarna wijdde hij zich van 1964 tot 1973 aan avondvullende one-man-shows voor een massaal publiek. Door zijn lyrische en komische kanten (hij had een mooie zangstem en was bovendien een begenadigd 'typeur'), zijn fascinerende uitstraling en zijn jarenlange cabaretervaring werd de nieuwe Sonneveld een van de beste 'comedians' die Nederland ooit gekend heeft. Maar ondanks zijn succes en populariteit bij het grote publiek, was er een minderheid die het gevoel kreeg dat showbiz-Wim bezig was te veel commercieel water bij de artistieke wijn te doen. Dit kleine publiek vond dat hij te vaak beneden zijn niveau werkte en het verlangde naar die andere Sonneveld, een moderne Pierrot die als lyrische bohémien in een kunstzinnige tour-de-chant op een eenzame hoogte had kunnen staan. In plaats daarvan gaf hij zijn energie aan het maken van een tweede Nederlandse film (Op de Hollandse toer, 1973), die eveneens weinig succes boekte.

Het is tragisch dat Wim Sonneveld niet meer de kans heeft gekregen zich artistiek te kunnen revancheren; er bestonden inderdaad plannen voor een tour-de-chant die uitgevoerd zou worden in het Holland Festival. Zijn versleten, uitgeputte hart maakte op 8 maart 1974 een einde aan alle plannen. Zijn rusteloze natuur en zijn mateloze energie hebben hem te snel doen opbranden. Het oprechte medeleven tijdens zijn ziekte, bij zijn overlijden en op de begraafplaats, de talloze beschouwingen in kranten en tijdschriften, de herdenkingen voor radio en televisie (onder meer door Simon Carmiggelt) en de duizenden die de Sonneveld-tentoonstelling in het Nederlands Theater Instituut hebben bezocht, dat alles bewees nog eens welke plaats hij in ons theater-leven had ingenomen. In de publikaties die er na zijn dood verschenen zijn, werd maar weinig aandacht besteed aan één van de belangrijkste rollen die hij in zijn loopbaan heeft gespeeld, die van artistiek en zakelijk leider. Hij is altijd in staat gebleken jonge, beginnende krachten te ontdekken en te stimuleren, terwijl hij oudere collega's vaak op een geniale wijze wist te benutten in bepaalde persoonlijke facetten van hun artistieke mogelijkheden. Ook heeft hij nooit geaarzeld zich te omgeven met de beste krachten die hij voor zijn produkties nodig achtte, zowel in de tijd waarin hij shows leidde als in zijn cabaretperiode. Dat hij ook zijn eigen activiteiten op een bijzonder verstandige manier kon besturen, bewees bijvoorbeeld zijn moed om scheppingen als 'Willem Parel' en 'Frater Venantius' de rug toe te draaien, op het moment dat ze de artiest Sonneveld dreigden te verdringen. Dit systeem van gewetensvol en zuinig omspringen met zijn veelzijdige talenten paste hij ook toe ten aanzien van de zo verleidelijke media televisie, radio of grammofoon, hoewel hij de laatste jaren de neiging vertoonde zijn artistieke principes te verloochenen uit geldingsdrang of uit geldelijke overwegingen. Maar steeds was hij, als scheppend, uitvoerend en leidinggevend kunstenaar de representant van een briljant brok puur theater.

Toen voor Sonneveld in 1960 een nieuwe periode in zijn carrière begon was hij gedurende zestien jaar een typerende vertegenwoordiger van het gerichte, kunstzinnige cabaret geweest, waarbij vooral in de beginjaren de poëtische en lyrische elementen de boventoon voerden. Hoewel sociale, politieke en actuele factoren wel eens hebben meegespeeld, waren zijn ensembleprogramma's tussen 1943 en 1959 een uiting van de romantische stroming in de cabaretkunst. Samen met Wim Kan en Annie M.G. Schmidt zal hij de geschiedenis ingaan als een veelzijdige kunstenaar die het Nederlandse cabaret heeft weten te vernieuwen en daarmee de weg heeft vrijgemaakt voor een ongekende cabaretbloei in de jaren zestig. Aan deze ontwikkeling zal de naam Wim Sonneveld voor altijd verbonden blijven.

A: Archief-Wim Sonneveld in Nederlands Theater Instituut, Amsterdam; verzameling Wim Ibo, Amsterdam; complete discografie, Hilversum (Phonogram).

P: Een avond met Wim Sonneveld (Amsterdam, 1965).

L: Wim Sonneveld. Gezien door Hubert Janssen (Apeldoorn, 1975); J. Bromet, Conny Stuurt, een theaterleven (Utrecht [etc.], 1975); Wim Ibo. En nu de moraal. Geschiedenis van het Nederlands cabaret, 1936-1981 (Alphen aan de Rijn, 1982).

I: ANP Historisch Fotoarchief, beeldnummer 23262 [Sonneveld in april 1966].

Wim Ibo


Bovenstaande biografie weerspiegelt de stand van het onderzoek tot aan het jaar van publicatie in het gedrukte deel van het BWN. Dit jaar is hieronder weergegeven. Alle daarna verschenen literatuur is niet in de tekst verwerkt en wordt evenmin vermeld in de literatuuropgave (onder L).

Oorspronkelijke versie opgenomen in: Biografisch Woordenboek van Nederland 2 (Den Haag 1985)
Laatst gewijzigd op 12-11-2013