Weller, Lina (1831-1909)

 
English | Nederlands

WELLER, Lina, ook bekend onder het pseudoniem Wilhelm Berg en vooral bekend als Lina Schneider (geb. Weimar 15-1-1831 – gest. Keulen 1-9-1909), letterkundige, vertaalster en lerares. Dochter van Christian Gottlieb Weller, ambtenaar, en Henriette Buchner. Lina Weller trouwde op 12-7-1852 met Carl Schneider (gest. 1882), tenor, muziekleraar. Uit dit huwelijk werden 3 dochters geboren.

Lina Weller groeide op in Weimar als oudste van vier kinderen. Haar vader, ambtenaar bij de Haupt-Landschaffts-Casse en een man van strikte opvattingen, liet haar vrij lezen in het werk van Goethe en Schiller. Aanvankelijk kreeg zij huisonderwijs, inclusief muziek- en tekenlessen, later bezocht ze de evangelisch-protestante school, waar ze werd aangemoedigd opstellen te schrijven. Ze was leergierig en zat vaak ’s nachts op haar kamertje te lezen en te schrijven. In 1849 haalde zij een diploma waarmee zij directrice kon worden van een school voor kinderen uit de hogere standen. Dit werk deed zij tot haar huwelijk met de tenor Carl Schneider in 1852.

Lina Schneider, zoals zij zich voortaan noemde, woonde de eerste tien jaar van haar huwelijk in verschillende Duitse steden, daar waar haar man contracten had met de plaatselijke schouwburg. Ze had voldoende muziekles gehad om haar man te kunnen begeleiden en kwam via hem nu geheel in kunstkringen terecht. In 1862 verhuisde het paar met hun twee kinderen naar Rotterdam. Ter voorbereiding had Lina Schneider een half jaar lang Nederlandse lessen gevolgd, en in Nederland behaalde zij in 1869 onderwijsakten voor Nederlands en natuurkunde. Daarmee had zij de bevoegdheid om op een HBS les te geven. In 1872 keerde het gezin terug naar Keulen, waar Carl Schneider benoemd was tot professor aan het conservatorium. Daar richtte zij in 1875 of 1876 het Victoria-Lyzeum op, onder patronage van de kroonprinses van Pruisen. Rond 1885, na de dood van haar echtgenoot, verbleef Lina nog enkele jaren in Amsterdam. Daarna keerde zij terug naar Keulen.

Werk

Hoewel de echtgenoot van Lina Schneider een echte kunstliefhebber was, kon hij zich maar moeilijk vinden in de liefde van zijn vrouw voor de letteren. Pas na enige jaren gaf hij haar toestemming om te publiceren, maar dan wel onder pseudoniem en onbezoldigd (Alberdingk Thijm, ‘Lina Schneider’). Later zou Lina het pseudoniem Wilhelm Berg overigens niet meer gebruiken; volgens een ongedateerd krantenbericht (UB Leiden) had zij het ‘nodig geacht de aangenomen naam te laten varen, omdat een ander onder dezelfde naam een verzameling gedichten in het licht heeft gegeven, waarvan een Duitse vrouw niet gaarne als auteur zou willen bekend zijn’. Vanuit Rotterdam werkte Lina vaak in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag, waar zij kennis maakte met de literatuurhistoricus Willem Jonckbloet, die haar wegwijs maakte in het Middelnederlands en wiens Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde zij later in het Duits zou vertalen.

Lina Schneider vertaalde een reeks Nederlandse boeken in het Duits en schreef stukken over Nederlandse schrijvers en werken in onder andere de Illustrirte Zeitung en Die Gartenlaube. Haar vertalingen behelzen onder meer Oost-Indische dames en heeren van Jan ten Brink en Amazone van K. Vosmaer. Haar vertaalde Beatrijs mocht zij op 2 december 1869 voordragen aan koningin Sophia. Van Vondel vertaalde zij niet alleen zijn Jeptha, ze zorgde er ook voor dat dit treurspel in Keulen werd opgevoerd. Daarnaast werd door haar toedoen twee eeuwen na zijn sterfdatum een gedenksteen geplaatst in Vondels geboortehuis in Keulen.

Tijdens haar verblijf in Nederland gaf Lina Schneider vele lezingen over Duitse literatuur in gerenommeerde genootschappen als Felix Meritis, waarbij ze de verwantschap met de Nederlandse letterkunde benadrukte. Tegelijkertijd streefde zij ernaar de Nederlandse literatuur bekend te maken in Duitsland. In de eerste decennia na de ‘Reichsgründung’ was de Duitse germanistiek grotendeels op zichzelf gericht. Lina Schneider probeerde door haar vertaling van Jonckbloet de Nederlandse literatuur tegen de stroom in voor Duitsland toegankelijk te maken. Met haar Geschichte der niederländischen Litteratur was Lina Schneider in haar tijd de enige Duitse auteur die aandacht aan de Nederlandse literatuurgeschiedenis besteedde. Hoewel zij deze als zelfstandige eenheid wilde laten zien, bleef ook haar inzet Duits-nationalistisch: ‘wir stehen vor einer Nationalliteratur. Eine solche bieten uns die niederländischen Werke schon durch die Sprache’ (gecit. Kloos, 153). Lina Schneider overleed in 1909 in Keulen.

Reputatie

Lina Schneider kreeg van vele kanten waardering. In Nederland verleende de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde haar het erelidmaatschap in 1872, toen er nog geen vrouwelijke leden benoemd werden; daarnaast ontving zij in 1873 de Rijksmedaille voor Kunsten en Wetenschappen. Van de Groothertog van Weimar verkreeg zij de gouden medaille van verdienste en de gouden jubileummedaille. Bekende letterkundigen als Taco de Beer en J.A. Alberdingk Thijm hebben zich lovend over haar enthousiasme en haar inzet uitgelaten. Forse kritiek viel Lina echter ook ten deel. Lodewijk van Deyssel liet zich laatdunkend uit over zowel de persoonlijkheid van ‘de Keulse dame’ als over haar werk. Frank van der Goes miste bij haar een onafhankelijk literair oordeel.

Naslagwerken

Deutsches Literatur-Lexikon, biographisch-bibliographisches Handbuch (Bern 1993); Kürschners Deutscher Literatur-Kalender, Nekrolog 1901-1935 (Berlijn/New York 1973); Sophie Pataky, Lexikon deutscher Frauen der Feder (Berlijn 1898).

Archivalia

  • Katholiek Documentatie Centrum, Nijmegen: Archief J.A. Alberdingk Thijm [daarin 61 brieven van Lina Schneider, de rouwkaart van Carl Schneider, drukproeven van twee artikelen van de hand van Alberdingk Thijm met Lina Schneider als onderwerp en een recensie van het boek Frauengestalten der griechischen Sage und Dichtung].
  • Universiteitsbibliotheek Leiden, Bijzondere Collecties: brieven van Lina Schneider aan onder anderen Taco de Beer, Nicolaas Beets en P.J. Veth.

Publicaties

Vertalingen

Onder pseudoniem Wilhelm Berg:

  • Jan ten Brink, Ostindische Damen und Herren. Vier Beiträge zur Kenntnis der Sitten und Gebräuche in der europäischen Gesellschaft von Holländisch-Indien (Leipzig 1868).

  • W.J.A. Jonckbloet, Geschichte der niederländischen Literatur, 2 delen(Leipzig 1870-1872).
  • Beatrijs, eine Legende aus dem 14. Jahrhundert (Den Haag 1870).
  • P.A.S. van Limburg Brouwer, Akbar. Ein indischer Roman (Leipzig 1877).
  • W.R. van Hoëvell, Aus dem indischen Leben (Leipzig 1879).

Onder de naam Lina Schneider:

  • K. Vosmaer, Amazone (Stuttgart 1884).
  • J. van den Vondel, Die Jephtha (Keulen 1887).
  • E. Rostand, Das Weib von Samaria (Keulen 1899).
  • K.O. Meinsma, Spinoza und sein Kreis. Historisch-kritische Studien über holländische Freigeister (Berlijn 1909) [uitgave voltooid door Constantin Brunner].

Eigen werk (onder Lina Schneider):

  • Frauengestalten der griechischen Sage und Dichtung (Leipzig 1879).
  • Geschichte der niederländischen Litteratur. Mit Benutzung der hinterlassenen Arbeiten von F. v. Hellwald verfasst und durch Proben veranschaulicht (Leipzig 1887).
  • Großmutterlieder. Erlebtes und Mitempfundenes (München 1903).

 Literatuur

  • J.A. Alberdingk Thijm, ‘Kunst en Letteren’, De Amsterdammer, 22-9-1884.
  • J.A. Alberdingk Thijm, ‘Lina Schneider’, [onbekend periodiek, waarschijnlijk Eigen Haard] (1885) 190-192.
  • F. van der Goes, ‘Mevrouw Lina Schneider’, De Nieuwe Gids 3 (1888) 263-270.
  • Taco H. de Beer, ‘Levensbericht van Lina Schneider’, Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde (1910) 137-144.
  • Lodewijk van Deyssel, ‘De Keulsche Dame’, in: Idem, De scheldkritieken, Harry G.M. Prick ed. (Sittard 1979) 51-53 [oorspronkelijk in De Amsterdammer, 18-12-1887].
  • Herbert van Uffelen, ‘Nederlandse literatuur in Duitsland’, Dietsche Warande en Belfort 135 (1990) nr. 2, 202-208.
  • Ulrike Kloos, Niederlandbild und deutsche Germanistik 1800-1933. Ein Beitrag zur komparatistischen Imagologie (Amsterdam/Atlanta 1992) 152-154.
  • Rietje van Vliet, ‘Duits ambassadrice van de Nederlandse literatuur. Lina Schneider, erelid’, Nieuw Letterkundig Magazijn 31 (2012) nr. 1, 2-6.

Illustratie

Houtgravure door E.A. Tilly, als illustratie opgenomen bij het artikel ‘Lina Schneider’ van Alberdingk Thijm.

Auteur: Barbara Keijzer

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 741

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.