Assendelft, Beatrijs van (1460?-?)

 
English | Nederlands

ASSENDELFT, Beatrijs van, ook bekend als Beatrix (geb. ca. 1460? – gest. ?), religieuze, beroemd om haar rijk versierd brevier. Dochter van Gerrit van Assendelft (ca. 1420-1486), raad ordinaris in het Hof van Holland, en Beatrix van Daelem/van Dongen (gest. 1492).

Beatrijs was de oudste dochter van Gerrit en Beatrix, die in 1482 hun testament opmaakten. Daaruit blijkt dat Beatrijs op dat moment geprofest zuster was van het Sint Elisabethklooster in Den Haag. Enkele jaren later, op 12 september 1485, deed zij haar intrede in het Zijlklooster in Haarlem. In de overeenkomst tussen het klooster en Beatrijs ouders werd vastgelegd dat zij teer en ziekelijk was en dat zij daarom alleen hoefde te werken als zij zich daartoe in staat voelde. Ook mocht ze slapen, waken, eten en drinken naar eigen believen en hoefde ze ook niet bij alle missen aanwezig te zijn. Het klooster ontving gedurende Beatrijs' leven jaarlijks zestig pond.

Beatrijs is bekend door het gebedenboekje dat zij heeft nagelaten. Dit brevier heeft zij vermoedelijk van haar familie gekregen bij haar intrede in het Zijlklooster. Het boekje lijkt te zijn aangepast aan Beatrijs’ vermogens: er staan nauwelijks nachtelijke gebeden in. Het brevier is verlucht met miniaturen en randversieringen van de hand van ten minste drie verschillende illustratoren: de ‘Meester van de Terhemelopneming van Maria’, de ‘Meester van het Adair getijdenboek’ en de ‘Meester van Herman Droem’. Op een van de miniaturen is een non – Beatrijs – te zien, geknield voor de heilige Augustinus. Engeltjes dragen haar wapen. Het is onbekend wanneer Beatrijs is overleden. Haar brevier liet zij na aan het Zijlklooster.

Naslagwerken

NNBW [onder Gerrit van Assendelft].

Literatuur

  • J. Craandijk, ‘Nog een en ander betreffende de Assendelfts’, Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde 10 (1911) 402-423.
  • C.J. Gonnet, ‘Beatrix van Assendelft, in het convent des zusteren te Zijl te Haarlem’, Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom van Haarlem 35 (1913) 373-384.
  • A.W. Byvanck en E. Lagerwey, Het brevier van Beatrix van Assendelft. In het bezit van het Metropolitaan kapittel van Utrecht (Leiden 1943).
  • ‘Breviary of Beatrijs van Assendelft’, in: H.L.M. Defour, A.S. Korteweg en W.C.M. Wüstefeld red., The golden age of Dutch manuscript painting (Stuttgart/Zürich 1989) 273-277.
  • W.C.M. Wüstefeld, ‘Delftse handschriftenproduktie en de boeken van de familie Van Assendelft’, Delfia Batavorum Jaarboek 1992 (1993) 9-42.
  • Dini Hogenelst en Frits van Oostrom, Handgeschreven wereld. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen (Amsterdam 1995) 58.
  • Bert Koene, Voor God, graaf en geslacht. De kroniek van de ridders van Assendelft (Hilversum 2005) 131-147.

Illustratie

Miniatuur. Beatrijs van Assendelft knielt voor de Heilige Augustinus, ca. 1485 (Rijksmuseum het Catarijneconvent, Utrecht). Uit: Defour, Korteweg en Wüstefeld red., The golden age of Dutch manuscript painting.

Redactie

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.